Je krijgt een OK-jasje aan, je krijgt een infuus en een blaaskatheter, en je krijgt medicijnen om je maag tijdens de operatie rustig te houden. Je partner mag tijdens de keizersnede mee naar de operatiekamer. De anesthesist zal ervoor zorgen dat je niets voelt tijdens de keizersnede, meestal is dit door middel van een ruggenprik. Je krijgt hierbij een prik tussen je wervels en hier wordt pijnstilling ingespoten. Van de prikplek tot je voeten voel je dan niks meer. Het voordeel hierbij is dat je de geboorte van je kindje bewust mee kan maken. Je partner mag bij deze vorm van pijnbestrijding tijdens de operatie bij je zitten.

Bij zeer hoge spoed kan de anesthesist beslissen om je onder algehele narcose te brengen, in dit geval mag de partner niet op de operatiekamer aanwezig zijn. Bij de keizersnede maakt de gynaecoloog onder in je buik een snee over de breedte. Via deze snee wordt het kindje hierna vlot geboren. De kinderarts zal ook aanwezig zijn en kijkt je kindje na de geboorte direct na. Huilt hij/zij goed, hoe is de kleur en hoe is de hartactie? Als het goed is, komt je kindje vervolgens bij je te liggen of je partner mag de baby vasthouden. In de tussentijd hecht de gynaecoloog je buik. De hele operatie duurt gemiddeld 30-45 minuten.

Vervolgens ga je naar de uitslaapkamer. Ook hier mogen je partner en kindje mee. Eventueel wordt hier al geprobeerd het kindje aan de borst te leggen. Als al je controles goed zijn, mag je weer mee naar de suites van het Moeder&Kind Centrum; hier blijf je nog 48 uur opgenomen.