Hoe gaat een keizersnede?
Bij een keizersnede gaat de geboorte van de baby met een operatie via de buikwand. Er zijn diverse medische redenen voor een keizersnede. De voorkeur gaat altijd uit naar een normale bevalling, maar in sommige gevallen kan een bevalling niet via de natuurlijke weg. In dat geval wordt besloten tot een keizersnede.
Een ander woord voor keizersnede is sectio.
Geplande keizersnede
Bij problemen met de zwangerschap verwijst de verloskundige je naar de gynaecoloog. De gynaecoloog kan op een bepaald moment besluiten dat de bevalling per keizersnede een betere keuze is dan de vaginale bevalling. Dit gaat in overleg met jou. Dit noemen we een geplande keizersnede. Bij de geplande keizersnede zullen we gebruik maken van de 'natuurlijke keizersnede', ook wel zachte keizersnede genoemd. Hierbij lijkt de ervaring zoveel mogelijk op een natuurlijke bevalling.
Ongeplande keizersnede
Het komt ook voor dat tijdens de bevalling blijkt dat een natuurlijke bevalling niet (verder) mogelijk is. Dit kan zijn als de baby in moeilijkheden is of als een vaginale bevalling niet lijkt te lukken. Dan wordt besloten tot een keizersnede. Meestal is dan binnen drie kwartier je baby geboren. Mocht je kindje in nood zijn, verloopt de keizersnede sneller.
Risico’s keizersnede
Een keizersnede is een zware buikoperatie. Elke operatie heeft risico’s, dus ook een keizersnede. Mogelijk voorkomende problemen na een keizersnede zijn: bloedarmoede, darmen die niet op gang komen of een blaasontsteking. Zelden treedt een beschadiging van de blaas op, een nabloeding, wondinfectie of trombose.
Na de keizersnede ontstaat er een litteken in de baarmoeder. Bij een volgende bevalling is er een kleine mogelijkheid dat dit litteken gaat scheuren. Daarom moeten alle volgende bevallingen na een keizersnede plaatsvinden in het ziekenhuis onder leiding van de gynaecoloog.
De operatie
Een keizersnede gaat meestal met een ruggenprik. Alleen je onderlichaam is verdoofd en hierdoor maak je de geboorte van de baby bewust mee. De ruggenprik is minder risicovol dan een narcose. Bij een spoedkeizersnede krijg je meestal algehele narcose.
Bij de operatie maakt de gynaecoloog een snede net boven het schaambeen. Je ervaart geen pijn, maar wel druk op de buik als de baby wordt geboren. De wond krijgt oplosbare hechtingen. Hierdoor hoef je niet terug te komen om de hechtingen te laten verwijderen.
Direct huid-op-huidcontact na keizersnede
Aanstaande moeders krijgen voortaan een speciale buideldoek aan bij een geplande, natuurlijke keizersnede. Hier wordt de baby direct na de geboorte, op de borst, ingelegd. Een zogenaamde Hugmee. Zo hebben moeder en kind al op de operatiekamer veilig en comfortabel huid-op-huidcontact. De baby blijft door de buidel én het huid-op-huidcontact goed op temperatuur, ook als die samen met de moeder van operatiekamer naar het Moeder&Kind Centrum gaat. De buidel heeft uitsparingen, zodat de kersverse ouders het kind kunnen aanraken.
Ononderbroken huid-op-huidcontact direct na de geboorte heeft een positief effect op zowel moeder als kind. De gynaecologen van het St Jansdal doen daarom als het kan ‘natuurlijke’ keizersnedes. De pasgeboren baby wordt direct bij de moeder op de borst gelegd en er is geen scheiding meer van moeder en kind. Deze manier bootst de natuurlijke bevalling zoveel mogelijk na. De Hugmee is een prachtige aanvulling op dit proces.
Het eerste contact tussen moeder en kind is belangrijk voor de registratie in de hersenen van beiden. Andere positieve invloeden zijn dat door middel van het huid-op-huidcontact de stress bij de moeder vermindert, waardoor de behoefte aan pijnbestrijding afneemt. De pasgeborene laat een stabielere hartslag en ademhaling zien, waardoor de baby energie spaart, een betere lichaamstemperatuur heeft, minder huilt en daardoor ook minder stress ervaart.
Na een keizersnede
De eerste dagen na een keizersnede ben je vaak nog slap en wat duizelig bij het opstaan, dit neemt geleidelijk af. Na één of twee dagen beginnen de darmen weer te werken. De buik is dan vaak nog opgezet en je kunt pijnlijke krampen hebben. Kort na de keizersnede heb je pijn aan de wond en soms pijnlijke naweeën. Hiervoor krijg je pijnstillers. Het is goed om deze in te nemen op de tijden dat we ze aanbieden, om een soort basisvoorraad van dat medicijn in je bloed te houden. Hierdoor heb je minder pijn. De buikwand is vaak pijnlijk, niet alleen ter hoogte van het litteken maar ook hoger, tot aan de navel. Dit komt omdat onder de huid de snede in de buikwand verticaal loopt, van de navel tot het schaambeen. Bij het hechten van de huid wordt materiaal gebruikt dat oplost, dit hoeft er dus niet weer uit.
Meestal vindt het ontslag op de tweede dag na de keizersnede plaats. De snelheid van je herstel en de gezondheid van je baby (couveuseopname) spelen natuurlijk een rol. Daarnaast is je thuissituatie van belang: krijg je nog aanvullende kraamhulp, heb je andere hulp, zijn er andere kinderen? Soms
duurt de opname een dagje langer.
Weer thuis
Thuis zul je geleidelijk verder herstellen. De tijd die nodig is voor het herstel na een keizersnede, is vaak langer dan na een bevalling via de vagina. Je bent niet alleen (opnieuw) moeder, je hebt daarnaast ook een operatie achter de rug. Een veel gehoorde klacht na een keizersnede is vermoeidheid. Je kunt daar het beste aan toegeven: probeer zoveel mogelijk rust te nemen. Aanvaard ook hulp die familie en kennissen je aanbieden. Soms vergoedt de verzekering na ontslag uit het ziekenhuis aanvullende kraamzorg. Een kraamverzorgster kan ook vragen beantwoorden, huishoudelijke taken overnemen en je partner ondersteunen.
Naarmate je meer hulp hebt als je thuiskomt, is de overgang gemakkelijker en went je sneller aan je nieuwe levenssituatie. Kraamzorg en eventueel aanvullende gezinshulp kun je aanvragen bij je kraamzorgorganisatie. De huisarts, de verloskundige, het ziekenhuis of de maatschappelijk werker zijn hierbij soms behulpzaam. Na de eerste weken merk je dat je geleidelijk weer meer kunt doen. Zwaar tillen (vuilniszakken, zware boodschappentassen) kun je de eerste zes weken beter niet doen, maar na een poosje kun je wel steeds meer doen (licht huishoudelijk werk, kleinere boodschappen).
Al snel na de operatie mag je onder de douche. Het is beter om niet in bad te gaan zolang er nog bloederige afscheiding is (gemiddeld twee tot vier weken). Mocht er nog wat vocht of een beetje bloed uit de wond naar buiten komen, dan kun je de wond onder de douche schoonspoelen, voorzichtig drogen, en een droog gaas eroverheen doen om je kleding te beschermen. Met buikspieroefeningen begin je pas zes weken na de operatie. De verschillende lagen van de buikwand zijn dan goed genezen. Aan de zijkant van het litteken voel je de eerste tijd soms wat trekken, dat komt van inwendige hechtingen. Dit kan geen kwaad.
Het gebruik van voorbehoedsmiddelen (anticonceptie) is niet anders dan na een ‘normale’ bevalling. Vraag zo nodig de verloskundige, huisarts of gynaecoloog om advies. Wacht in ieder geval met gemeenschap tot de bloederige afscheiding voorbij is. Voor veel vrouwen duurt het langere tijd voordat zij weer zin hebben in seksueel contact. Omdat bij een bikinisnede zenuwen in de buikhuid zijn doorgesneden, houdt je vrij lange tijd een doof gevoel rond het litteken. Boven dit gebied met een doof gevoel is er dikwijls halverwege de navel een gebied dat juist extra gevoelig is. Vaak is pas na zes tot twaalf maanden het gevoel in de buikwand weer normaal.
Voorlichting natuurlijke keizersnede